35. Mogen wij in dit verslag bij het laatst voorgaande Hoofdstuk op den vooruitgang van sommige takken van Handel en lijverheid wijzen, zoo hebben wij toch vermeend niet te mogen verzwijgen de vele belemmeringen, die men als oorzaken moet beschouwen, waaronder den Handel dezer gemeente niet méér vooruitgaat, en wij eindigen dit verslag met den wensch, dat wij in het volgende jaar de opheffing van eenige dier belemmeringen zullen kunnen melden, en de gunstige gevolgen, die daardoor te \veeg gebragt zijn, al ware het slechts die, welke de billijkheid en re regtvaardigheid vereischt namelijk de weder toekenning van Tolvrijdom aan barrières buiten de Antwerpsche- en Bosohpoorten voor de ingezetenen dezer stad en omliggende gemeenten. Gedaan in de vergadering van den Gemeenteraad van Breda van den 28 April 1860, door Burgemeester en Wethouders, (get) J. Mastboom, Burgemeester l.B.G.Teijchiné, secretaris. Toor eensluidend afschrift. De Secretaris der gemeente Breda, w.g, Teijchiné.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1859 | | pagina 35