1.
Verslag van den toestand der gemeente Breda,
over 13Ó3door burgemeester en wethouders,
naar aanleiding van art,l82 der gemeentewet
aan den raad dier gemeente.
Hoofdstuk I.
Bevolking.
Loop der bevolking, gedurende het afgejoopen jaar.
De werkelijke bevolking, naar de uitkomsten der laatste algemeene tien
jarige volkstelling, bedroeg op 31 December 1862;
ii
O
In 1863zijn buiten de levenloos aan
gegeven, geboren;
In de gemeente
hebben zich ge
vestigd,
te zamen.
Jongenslleisjestotaal
255 212 k66
Mannen.
7400
Vrouwen.
'778
J
Totaal.
15,238
353
393
731
592 6o5 1197
^r zijn overleden;
Mannen. Vrouwen, totaal.
153 159 333
en uit de gemeen
te vertrokken 3^2 396 738
te zamen
500
555 1055
'8
Zoodat de bevolking,in 1863, is
vermeerderd met
P
Bevolking op 31 December 1863
92
50
1I42
7555
7825
l5,380
Waaronder zijn begrepen;
toijgslieden behoorende tot de landmagt,
waaronder de kadetten der koninkl.
railit.Akademie
gevangenen
Mannen.
1122
1
Vrouwen.
5o4
1
Totaal.
1626
2
te zamen
1123
505
1Ó28
Br hebben 4 6 6 geboorten plaats gehad, daarvan waren Ij. 1 9 wettige, na
melijk 2 2 6 jongens en 1 9 3 meisjes; de onwettige geboorten waren 47
in getal, waarvan 28 jongens en 19 meisjes.
Als levenloos geboren zijn aangegeven 17 kinderen, waaronder ló wet
tige en 1 onecht, en wel 9 mannelijk- en 8 van het vrouwelijk geslacht.