47
raamd op 62881.54s, hebben 63704.42', en dus 822.98
meer opgeleverd. De opbrengst dezer belastingen is sedert eenige
jaren aanmerkelijk geklommen, schoon de grondslagen onveranderd
bleven, met uitzondering van die der belasting op den viseh,
waarbij zelfs de regten verlaagd werden. Tot bewijs diene de
volgende opgaaf der opbrengst over de jaren 1860 tot 1864
verbruiksbelastingen
1860 1861
1862
1863
1864
i/52899.311/55142.75s ƒ55033.17' ƒ63955.96 ƒ62084.22.
De belasting op de honden, die in 1864 838.50 had opge-
bragt, en voor 1865 op 1000 geraamd was, bereikte het eijfcr
van 1118. Vóór de invoering der nieuwe verordening, in 1862
vastgesteld, was het gemiddeld bedrag tot 400 gedaald.
De tollen, geraamd op 528.75, bleven 293.74" beneden
die raming, dewijl de tolheffing op den gemeenschappelijken kunst
weg door Ginneken naar de Belgische grenzen, wegens het ver
vallen der concessie, van den 10 Junij tot het einde van het jaar
moest gestaakt worden. Het voor 1865 geraamde bedrag is de
opbrengst over 1864.
De gelden voor staanplaatsen op markten, de liaven-, brug- en
vischmarktgelden vertoonen eene, hoewel geringe, vooruitgaande
beweging. De staan-, haven- en bruggelden waren in de begroo
ting uitgetrokken voor 1228.55; de vischmarktgelden, die eerst
in den loop van het jaar werden ingevoerd, waren niet geraamd.
De leges ter secretarie waren tot een bedrag van 246.15 op
de begrooting gebragt. Zij hebben 70.92® meer opgeleverd.
De schoolgelden voor het lager onderwijs, begroot op 4848,
werden tot 4811.20 geheven. In 1864 bedroeg de opbrengst
4446.10.
De schoolgelden voor de daglessen aan stadsteekeninstituut waren
niet afzonderlijk geraamd, dewijl met de heffing ten tijde van het
opmaken der begrooting slechts een aanvang was gemaakt. 75
percent der opbrengt wordt aan de onderwijzers uitgekeerd.
Van de 300, op de begrooting uitgetrokken voor belasting
bij het geneeskundig onderzoek van publieke vrouwen, is slechts
36.90 ingevorderd, daar deze belasting, bij raadsbesluit van den
11 Eebruarij afgeschaft, sedert niet is geheven.
De lmur van vaste goederen overschrijdt de raming met een ge
ring bedrag, gevolg van bedongen hoogere huurprijzen. De
grondrenten en interessen van inschrijving op het Grootboek be
antwoorden aan de raming.
