62 b. Een tuin, groot 5 roeden, 50 ellen, gelegen achter het ge bouw der Latijnsehe school, in 1864 aangekocht in het vooruit- zigt op de vestiging eener hoogere burgerschool. De tuin, waarin zich eeue koepel bevindt, en die sierlijk aangelegd en met vele vruchtboomen voorzien is, werd in het openbaar verhuurd voor de som van 35. c. Een tuin achter de St.-Joostkapel (vroeger kerkhof). De tuin, die voor 50 's jaars verhuurd is, wordt naar behooren on derhouden; maar de glinten, die tot afsluiting dienen, zijn ver sleten; herhaaldelijk opgelapt, worden zij niet dan met moeite staande gehouden. Eene vernieuwing zal niet lang verschoven kun nen worden; de kosten er van zijn geraamd op 500. In den aanstaanden zomer denkt men dit werk, althans voor een gedeelte, te ondernemen. d. Een stukje gronds aan den voet van den wal zuidwaarts van de Boschstraat, groot 559 vierkante ellen. Het is in huur af gestaan voor 10 's jaars. e. Eindelijk beweert de gemeente het regt van blooten eigen dom te hebben op den grond, genaamd de Gasthuisvelden, thans tot exercitieplaats bestemd; door den minister van oorlog wordt echter dit eigendomsregt betwist. Zie Hoofdstuk II, B, 1, n". 9. Deze gronden hebben geen kosten van onderhoud geëischt. 3. Straten en pleinen. Sedert geruimen tijd gaf de toestand der straten voedsel aan den billijken, doch onverhoorden wensch naar verbetering. Aan het onderhoud der bestrating was niet die zorg besteed, die zij voortdurend eisclit, en de menigvuldige vergravingen tot het leggen van gasleidingen sedert de oprigting der stedelijke fabriek hadden haar geheel bedorven. Het bestuur begreep, dat er handen aan het werk moesten geslagen worden; en te rekenen van 1863 is, volgens besluiten van den raad, de herstelling en vernieuwing der straten met klem ondernomen en voortgezet. Men zag intusschen te regt in, dat, om deugdelijk werk te verrigten, men met plaveijing niet konde volstaan, maar dat men moest aanvangen met het leggen van riolen, waarvan er slechts hier en daar een enkel, zonder verband en zamenhang, bestond. Door eene commissie van deskundigen, bestaande uit de beeren G. G. van der Hoeven, kapitein-ingenieur, Yan den Bergh, ingenieur bij de staatsspoorwegen, die zich met stadsarchitect welwillend beschikbaar hadden gesteld, werd een plan ontworpen tot het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1865 | | pagina 66