BIJLAGE II. 105 Verslag van den toestand van den Binnen- en buitenlandsehen handelde nijverheid, scheep vaart en verdere middelen van vervoer binnen deze gemeenteover den jare 1800 en zeventig. BINNENLANDSCHE HANDEL. Onze binnenlandsche handel bestaat meerendeels in producten van landbouw, als: tarwe, rogge, haver, boekweit, gerst, aardappelen, boter, alsmede eijeren en pluimgedierte, en van warmoezierderij; aard beziën, aalbessen, bosehbessen (klokkebeijen), peren en appelen, fram bozen en onderscheidene soorten van groenten en koolsoorten. De oogst kan over het algemeen in deze streken als redelijk be schouwd worden; niettegenstaande de vruchten goed gewassen waren, hebben toch de aanhoudende regens, gepaard met veel stormweder gedurende den oogsttijdeenen nadeeligen invloed uitgeoefend: vooral rogge en haver, welke niet in het eerst van den oogst binnengehaald waren, begonnen door het voortdurende natte weder door te schieten, terwijl later, toen zij half droog, doch rijp, op het veld stonden, stormweder oorzaak was, dat vele rijpe vruchten uit de aren vielen, en alzoo op het land achterbleven; aan dezelfde reden is ook toe te schrijven, dat de tarwe, gedurende dit jaar slechts van een' goeden oogst kan gerekend worden te hebben opgebragt, en minder geschikt is voor den handel, daar zij niet kan bewaard worden, alsmede ook de boekweit weinig beschot heeft opgeleverd; aardappelen daarentegen waren er vele gewassen,' de vroegere waren goed, de latere tengevolge van het natte weder minder goed, waaronder velen, die niet genoeg zaam tot rijpheid zijn gekomen. De boter is in het afgeloopene jaar duur geweest en is nog steeds in prijs stijgende, veelal veroorzaakt door de opkoopen, die hiervan plaats hebben gehad, voor de verzending, als ook omdat er gedurende dit jaar weinig gras gegroeid is, hetgeen een bijzonderen invloed op de prijzen van het hooi, dus ook op de boter, gehad heeft. De teelt der warmoezierderij-producten gaat jaarlijks vooruit, vooral van aardbeziën en frambozen, want alhoewel de eerste over het alge meen minder goed waren en minder vruchten opleverden dan vorige jaren, waren de verzendingen toch niet minder talrijk, door de voort durende aanplantingen, welke in deze omstreken plaats hadden; de tweede daarentegen, zoomede de kersen, waven er bijzonder veel en goed. 8

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1870 | | pagina 107