56
VII. latynsche scholen, gymnasia en athence.
I)e Latijnsche school werd bij besluit van 5 Mei 1866,
opgeheven.
VIII. Kunsten en Wetenschappen.
Van de teekenschool is bij §IV van dit hoofdstuk melding
gemaakt.
Onder deze worden gerangschikt.
a. De stads-bibliotheek.
b. Maatschappijen en vereenigingenals:
1. Het Depart. Breda der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen,
zij telt 154 gewone, 7 honoraire ledeu en 18 donatrices.
Door dit Departement is mede opgerigt eene leesbiblio
theek, eene zangschool, eene spaarbank, eene ziekensocie-
teit en eene bijzondere school.
2. Het natuurkundig genootschap met 115 leden, 6 eereleden
70 gewone leden, 39 buitengewone leden.
3. Een natuurkundigen vriendenkring, getal leden 16.
4. De Maatschappij van Landbouw, Tuinbouw en Veeteelt in
het arrondissement Bredazij heeft zes afdeelingen, te weten
Breda, Ginneken en Bavel, Oosterhout, Oudenbosch, Ze
venbergen en Bergen-op-Zoom.
Het hoofdbestuur is iu deze gemeente gevestigd; en is
zamengesteld uit twee afgevaardigden uit iedere gemeente.
De afdeeling Breda telt 98 leden.
5. De rederijkerskamer: Vreugdendaal" onderde zinspreuk: Wij
vatengenucht"telt 59 leden, 14 werkende en 45 kunstlievende.
6. De Koninklijke muziekvereenigingVlijt en Volharding"
bestaande uit 60 werkende leden, 38 in de afdeeling har
monie en 22 in de afdeeling strijkorkest. Euim 200 leden.
7. De muziekvereeniging (Harmonie) „Voor het volh, doorliet
Volk", met 25 werkende leden en 152 gewone leden.
8. De zangvereenigingen
a. Aurora, met 214 leden, waaronder 30 werkende leden.
b. Cecilia, met 17 werkende en 21 honoraire leden.
c. Vlijt en Kendragt, met 16 werkende en 23 honoraire leden.
d. Melomanie, met 48 leden.
e. Breda's Mannenkoormet 42 werkende en 83 honor, leden.
