NATIONALE MILITIE EN SCHUTTERIJ. 45 HOOFDSTUK YiJ. ANationale militie. De loting heeft op. de bepaalde dagen en uren ten raadhuize plaats gehad. Het aandeel der gemeente in de ligting van 1871, bij besluit van Gedeputeerde Staten van den 2den Maart 1871 vastgesteld, bedroeg 39 manschappen. Het aautal ingeschrevenen, waarnaar dit aandeel, na aftrek van 31 vrijwilligers, die vóór de inschrijving in dienst waren, bere kend is, was 112. Van de lotelingen zijn door den militieraad vrijgesteld 80 En door Gedeputeerde Staten bij herkeuring6 Te zamen.92. De vrijstelling was toegekend aan Door ziekten of gebreken ongeschikt voor de dienst ge keurd. 7 Éénige wettige zonen19 Zich in militaire dienst bevindende31 Wegens broederdienst32 Die beneden de maat waren3 92 Terwijl door hun getrokken nommer buiten oproeping zijn gebleven12 Te zamen.104. De overblijvende 39 lotelingen, die voor de dienst werden aan gewezen, zijn ingelijfd, als: Bij het 5 de regement infanterie2 u h 6de 26 u h 3de hussaren3 n i, 2de vesting-artillerieq bataillon mineurs u de koloniale troepenI Voor de zeemilitie zijn geene lotelingen bestemd geworden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1871 | | pagina 48