77 gen geen redelijke kans bestaat, oui zelfs na vijf jaren, aan dat examen te voldoenten ware zij behoorlijk voorbereiden met eenige elementaire kennis, zoo in wiskunde, als in een paar vreemde talen toegerust, de hoogere burgerschool binnen treden, en dat alzoo elke inschikkelijkheid op dit punt op teleurstellingen moet uitloopenwaarvan zij de verantwoordelijkheid niet wenscht te dragen. Van daar de straks vermelde ongunstigen uitkomst van het laatste admissie-examenmaar van daar ookdat deze uitkomst geheel onschuldig is aan de vermindering van schoolbevolking, die voor 't minst even sterk zou zijn geweestindien er geen nieuwe cursus ware geopend. Waaraan die vermindering voor 't overige moet worden toege schreven, is naauwelijks te gissen, veel minder te zeggen. Ge wis niet aan de meest onbedriegelijke resultaten van het onder wijs; want het is overbekend dat de Bredasche Hoogere Bur gerschool, wier candidaten trouwens nog nimmer bij het eind examen zijn te kort gekomenzich in het vorig jaar zeer voor- deelig heeft doen kennen. Van de zeven leerlingen die den vijfden of hoogsten cursus hadden gevolgd, hebben vijf aan genoemd examen in de provin cie Limburg deel genomen, en niet alleen met goed gevolg, maar in dier voege, dat de Inspecteur Dr. Bosscha, die het bijwoonde, aanleiding vond den directeur schriftelijk mede te. deelendat zij, zoowel door wetenschappelijke kennis, als door helderheid van begrip en duidelijkheid in hunne uitdrukkingenhadden uitge munt; en ten aanzien van twee van hen alsmede van eenen zesde, die zich niet aan meer genoemd examen had onderworpen, werd dit gunstig oordeel bevestigd door een zeer voordeelige plaatsing, na vergelijkend onderzoekop de ranglijst der aspiranten voor de Militaire Akademie; terwijl eindelijk de zevendemede met succes, aan het examen voor Oost-Indisch ambtenaar deelnam. De Gemeenteraad heeft teregt Directeur en Leeraren der school met deze vrucht van hunnen arbeid geluk gewenscht; en de waarde daarvan wordt nog verhoogd, wanneer men in aanmerking neemt, dat op nieuw acht leerlingen tot den hoogsten cursus zijn bevorderddaar dit getal, tot dat van de geheele schoolbevolking in meer dan gewoon gunstige verhouding staat, en dus op zijne beurt voor de deugdelijkheid van het onderwijs getuigt. Inmiddels is het als eene weldaad te beschouwen, dat de Ge meenteraad tevens heeft kunnen goedvindenop voorstel der

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1872 | | pagina 80