90 De uitgaven ten behoeve der voormelde inrichting gedaan zijn a. voor wedde van den Apotheker en belasting voor diens woning1035.61 b. voor genees- en heelmiddelen en verdere benoodigd- heden in de Apotheek578.16 1613.77 Daarentegen is van de administratie van het oude mannenhuis terugontvangen wegens geleverde genees middelen ten behoeve van verpleegden in dat. gesticht 50.14 Zoodat de Stads-Apotheek in 1872 heeft gekost de som van 1563.63 Bij die kosten worden niet in rekening gebracht de verloren interessen ad 320 's jaars, waarvan het kapitaal is aangewend tot het bouwen van het huis, waarin thans de Stads-Apotheek is gevestigd. In 1871 beliepen de kosten 1379.91. De oorzaak dat deze inrichting in 1872 meer heeft gekost dan in 1871 is gelegen in de jaarwedde van den Apothekerdie door den gemeenteraad met f 200 's jaars is verhoogd. Zooals wij reeds hiervoor deden blijken, maakt de Stads-Apo theek, enkel voor zooveel de uitgaven aangaat, een onderdeel uit onzer administratieterwijl over de uitoefening van den dienst eene bijzondere door u benoemde commissie waakt. Gaarne voegen wij hierbijdat voor zoover wij grond hebben daarover te kun nen oordeelenwij mogen getuigendat de belangen der Stads- Apotheek, door de leden welke die commissie uitmaken, naar belmoren worden behartigd, en dat, wat de administratie aangaat deze zich naar eisch aansluit aan onze administratie en het ken merk draagt, dat zij aan een zorgvuldige en nauwgezette hand is toevertrouwd. In het Gasthuis, alwaar wij voor de kleine som van 25 cents daags, behalve geneesmiddelen, de zieken bestedenwier opname in dat gesticht door een der stads-geneesheeren of heelmeesters wordt voorgeschreven, zijn in 1872 voor onze rekening opgeno men en verpleegd 152 personen, waarvan in den loop des jaars 112 ontslagen en 23 overleden zijn, terwijl 17 personen op 1. Januari 1873 in verpleging zijn gebleven. ONDERSTEUNDEN. In 1872 hebben wij ondersteund, als: Voortdurend. 39 hoofden van huisgezinnen en 181 eenloopende personen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1872 | | pagina 93