107 die zich voor het eerst om geneesmiddelen aanmeldenalvorens daarvan doorloopend in het genot te worden gesteld, zich behooren te vervoegen in onze vergadering, welke vervolgens beoordeelt, of de aanvraag om geneeskundige ondersteuning op redelijken grondslag rust. Ofschoon beseffende, dat vaak geneeskundige ondersteuning kan noodig zijn daar waar geen geldelijke ondersteuning begeerd, nog vereischt wordt, komt het ons echter voor, dat, tot voorkoming dat geen misbruik van de stads-apotheek gemaakt wordehet raadzaam is eenige billijke moeilijkheid aan het kosteloos bekomen van genees middelen te verbinden. Eene verstandige en voorzichtige zorg moet bovendien hier vooral zichtbaar zijn, want dikwerf is het ontvangen van geneeskundige ondersteuning eene eerste kennismaking met het armbestuur, die onwillekeurig er toe leidt, dat meer algemeen op de hulp van het armbestuur gaat gesteund worden. Ten einde alzoo geen prikkel te geven tot zorgeloosheid en tevens tot vermeerdering van het getal armen is het dringend noodig, ook bij het verleenen van genees middelen de deur der publieke armenzorg slechts met behoed zaamheid opentestellen. BIJSTAND BIJ VERLOSSINGEN. Door de stads-vroedvrouw mej. Luijpen is verloskundige bijstand verleend aan 12 onvermogende vrouwen, waarvan 4 ongehuwd. Mej. Heijbrink, mede stadsvroedvrouw, heeft, naar hare verklaring, zoodanigen bijstand aan geen enkele onvermo gende vrouw verleend. Die verklaring leidt tot de opmerking, dat de werkkring van mej. Heijbrink als stads-vroedvrouw van geringen omvang is. PASSANTEN. Reizende behoeftigen, die zich des avonds aanmelden om nachtverblijf en voeding, worden voor één nacht uitbesteed ad 30 cents de persoon. Aan onmiddellijk doorreizende be hoeftigen wordt vervoer of een reispenning verleend, al naar mate de behoefte blijkt. In geen van beide gevallen wordt eenige hulp geboden, zonder voorkennis van den heer com missaris van politie alhier. De aanstoot van dusgenaamde „Passanten" is niet gering, waartoe de ligging onzer gemeente

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1873 | | pagina 111