Hoofdstuk III. 8 GEMEENTEBESTUUR. Personeel. a. De gemeenteraad bestond op den 31. December 1874 uit de heeren: J. A. Van Aken J. J. L. Ingen-Housz, F. L. C. De Cottignies, L. Van Kakerken J. E. Vreede, Mr. J. H. Van Mierlo L. C. A. De Haan F. J. M. Heylaerts A. H. Ruppens, E. H. A. Guljé, Mr. E. De Man, G. Van Alphen, Mr. J. J. Loke, F. Rikkers, J. J. Nelissen, b. Het collegie van dagelijksch bestuur was zamengestëld uit de heeren: Mr. E. De Man Ez.burgemeester, benoemd bij Koninklijk besluit van den 1. September '1870, N°. 9. E. H. A. Guljé, wethouders, aftredende de eerste in 1875, J. J. L. Ingen-Housz,) en (]e laatste in 1878. L. D. G. Teychiné, secretaris, benoemd bij Koninklijk besluit van den 19. Maart 1848, N°. 100. Vaste Commissiën. 1. De commissie van beheerder stedelijke gasfabriek, waarvan de burgemeester, voorzitter, en de heeren: I.. C. A. De Haan, F. L. C. De CottigniesE. H. A. Guljé en F. J. M. Heylaert-, leden. aftredende in 1875. aftredende in 1877. aftredende in 1879,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1874 | | pagina 11