78
De vrouwelijke handwerken worden door twee hulponder
wijzeressen onderwezen.
In de armenschool voor jongens van gemiddeld 170 leer
lingen wordt de onderwijzer bijgestaan door 3 hulponder
wijzers. Evenzoo in de herhalingsschool.
Aan de avondschool voor meisjes van gemiddeld 153 leer
lingen vindt de hoofdonderwijzer hulp in de medewerking van
twee hulponderwijzeressen en 2 meisjes kweekelingen.
Uit deze opgave blijkt dat aan alle openbare scholen de
hulp aan den hoofdonderwijzer verleend aan de eischen dei-
wet voldoet.
B. Inkomen der onderwijzers.
Aan de eerste openbare school geniet de hoofdonderwijzer
1400 aan vast en 300 aan veranderlijk inkomenalzoo
te zamen 1700, benevens vrije woning. De eerste hulpon
derwijzer (hoofdonderwijzer) 650, de tweede 500, de
derde 450, die tevens eene toelage had uit 's Rijks kas
van 250 voor het geven van onderwijs in het huis van
arrest, één kweekeling had f 40, de andere 30.
Aan de 2dc of tusschenschool bedroeg het vast inkomen van
den hoofdonderwijzer 900 en het veranderlijk inkomen
f 710.52, alzoo te zamen ƒ1610,52, benevens vrije woning,
terwijl hij tevens eene toelage uit 's Rijks kas geniet van
250 voor het geven van normaallessen.
De eerste hulponderwijzer (hoofdonderwijzer) 450, de drie
overigen 400de twee kweekelingen genieten elk f 30.
Aan de armenschool voor jongens was de bezoldiging des
hoofdonderwijzers ƒ1100, met eene toelage van 50, voor
assistentie bij de normaallessen, benevens vrije woning, van
den l9tcn hulponderwijzer ƒ450, van de twee overige 400.
Aan de armenschool voor meisjes, geniet de hoofdonderwij
zer eene vaste bezoldiging van ƒ1000, benevens eene toelage
van 150 uit 's Rijkskas voor het geven van onderwijs aan
de leerlingen der normaalschool, benevens vrije woning.
De beide hulponderwijzeressen genieten elk 400 en boven
dien ƒ50, voor het geven van onderwijs, tweemaal in de week,
in de vrouwelijke handwerken aan de tweede of tusschenschool.
De beide kweekelingen genieten elk 25.
