171 Van het vrouwelijk geslacht: ongehuwden107 gehuwden38 weduwen43 188 Totaal.... 359 En met inbegrip der levenloos aangegevenen27 386 Van de 359 overledenen waren 17 die hunne woonplaats niet in de gemeente hadden, blijft dus 342, waarbij 1 krachtens art. 13 van het Koninklijk besluit van den 3. November 1861 op het bevolkingsregister afgeschreven, in het geheel alzoo voor deze gemeente 343 overledenen. De verhouding van de sterfte tot de bevolking was van 44,7 tot 1000 of 1 van de 22,4. Er zijn huwelijken voltrokken: tusschen jongmans en jonge dochters110 en weduwen5 n weduwnaars en jonge dochters16 u en weduwen3 te zamen134 Geene echtscheidingen hebben plaats gehad. Voor zooverre ons bekend, zijn er geene personen uit deze gemeente naar Noord-Amerika of andere overzeesche gewesten vertrokken. Aan de bijhouding der registers van den burgerlijken stand en de bijwerking der bevolkingsregisters wordt de noodige zorg besteed. Hoofdstuk II. VERKIEZINGEN. Het getal der kiezers bedroeg, volgens de lijsten vastge steld den 30. Maart 1874: a. Voor leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaai 669. In 1873 was het 652. In het geheele kiesdistrict waren, volgens de lijsten van de overige gemeenten 4146 kiezers.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1874 | | pagina 8