100
Voorts zijn de hulpmiddelen voor het onderwijs wederom
eenigzins meer volledig geworden, door den aankoop van
enkele werktuigen, ten behoeve van de scheikundige en na
tuurkundige laboratoria, alsmede van boeken en tijdschriften,
doch vooral niet minder door menig geschenk van voorwerpen
de natuurlijke historie betreffende. Bijzonder verdient in dit
opzigt vermeld te worden eene collectie koralen, door den
voormaligen leeraar den Heer Cluijsenaar uit de Nederlandsche
Oost-Indische bezittingen medegebragt.
Bestaat er alzoo overvloedige reden om in vele opzigten
met den in- en uitwendigen toestand van de inrigting van
onderwijs, waarvan hier sprake is, tevreden te zijn, de com
missie acht zich meer dan ooit verpligt andermaal te wijzen
op de noodzakelijkheid, dat het gebouw, waarin die inrigting
gevestigd is, met hare behoeften worde in overeenstemming
gebragt, dat is, worde vergroot, of op andere wijze in het
gebrek aan ruimte worde voorzien.
Het is bekend, onze hoogere burgerschool werd gebouwd
voor eenen driejarigen cursus, het uiterste wat men zich
voorstelde, was eenen vierden cursus daaraan toe te voegen,
die gelegenheid zou geven om de leerlingen voor het eind
examen bekwaam te maken. Het is later gebleken dat bij
dit plan te veel was gerekend op gemakkelijke aansluiting
aan het meer uitgebreid lager onderwijs in deze gemeente,
met andere woorden, dat eene eerste voorbereidende klasse
niet kon worden gemist, en alzoo is eene hoogere burger
school met vijfjarigen cursus tot stand gekomen. Het onver
mijdelijk gevolg is geweest, dat men tot splitsing van localen
de toevlugt heeft moeten nemen. Daarenboven, het kan niet
ontkend worden, bij den aanleg van het gebouw is te weinig
acht geslagen op eene onmiskenbare behoefte aan vertrekken
waar de hulpmiddelen voor het onderwijs behoorlijk kunnen
worden geborgen, waar de leeraars in hunne tusschenuren
kunnen vertoeven en den tijd nuttig besteden, en wat des-
meer zij. Eindelijk de bevolking der school neemt allengs
toe; de eerste klasse telt in dit oogenblik zes en dertig
leerlingen, een getal reeds te groot om te gelijk van één
leeraar onderwijs te ontvangen; het wordt alzoo tijd om aan
de inrigting eener paralelklasse te denken.
Maar hoe al deze grieven uit den weg te ruimen?
De commissie acht dit verslag minder geschikt om daar
omtrent in bijzonderheden te treden, maar zij behoudt zich