122
De kosten van besteding in de verschillende gestichten
loopen ver uiteen.
DOODKISTEN EN BEGRAAFKOSTEN.
In 1876 zijn voor rekening van het burgerlijk armbestuur
begraven 17 personen, waaronder twee jeugdige kinderen.
De kosten daarvan beloopen 65.37.
Aangezien het meermalen gebleken is dat het openbaar
aanbesteden der doodkisten geen resultaat oplevert, hebben
wijbij het ten einde loopen van het bestaande contractna
daartoe magtiging te hebben bekomen van heeren Burge
meester en Wethouders alhier, op nieuw gecontracteerd met
C. Van Elewout, meester timmerman, wonende alhier, om de
doodkisten onzer administratie te leveren gedurende de jaren
1877—1879.
Ten gevolge van de duurte van het hout en het verhoogde
arbeidsloon hebben we dat contract op eenigszins minder
gunstige voorwaarden moeten aangaan, zoodat we thans voor
de groote kisten 2.80, in plaats van f 2.30, en voor de
kleine kisten f 1.60, in plaats van ƒ1.30, per Nederlandschen
meter moet betalen.
Uit bovenstaande opgaaf van het getal lijken, voor onze
rekening begraven, kan het blijken, dat de levering van dood
kisten ten behoeve onzer administratie slechts van kleinen
omvang is.
REISPENNINGEN EN KOSTEN VAN VERVOER.
Het verleenen van hulp aan doorreizende behoeftigen is een
zuivere maatregel van politie. Zonder uitzondering dan ook
melden zich die behoeftigen 't eerst bij den Commissaris van
politie aan, die ze vervolgens doet geleiden naar het arm
bestuur, dat naar omstandigheden handelt en hulp geeft of
weigert, Bij het uitleiden buiten de gemeente van passanten,
verleent de politie weder hare hulp.
110 huisgezinnen en eenloopende personen vroegen en ver
kregen onderstand, waaraan wij uitgaven de som van
f 67.55.
Wij hebben voor ons zeiven dubbel de overtuigingdat die
som niet op ligtvaardige wijze is uitgegeven.