Ill
"De Kamer heeft telken jare er bij den Minister van Financiën
«op aangedrongenkrachtige maatregelen tegen het smokkelen
ite willen nemen.
Yeraccijnsd zijn:
In 1873 809 550 kilo zout.
1874 794 785
1875 770 200
1870 797 600
1877 850 325
De opbrengst was 77 009.25, tegen 71 784 in 1870.
Met genoegen zien wij de zeepziederij van de firma H. G u 1 j
Zonen meer zeep vervaardigen, immers uitgeslagen werd:
In 1874 198 521 kilo harde en zachte zeep.
1875 278 557
v> 1876 201 715
1877 254 771
De accijns bedroeg in 1876 20 172.50, in 1877 ƒ21 521.45.
Van het gedistilleerd beliep de accijns:
In -1873 137 824® liters.
1874 144160
1875 157 619
1876 '146 461
1877 182184
AIzoo eene vermeerdering in één jaar van 35 723 liters;
terwijl de opbrengst bedroeg 98 243.24, tegen ƒ87 024.73 in
1876.
Voor eene gemeente als Breda mag dit verbruik bijzonder
groot worden genoemd.
Met meer genoegen zou de Kamer eene verhooging van den
accijns van de bieren constateerendaar deze slechts bedraagt
ƒ12 284.52, tegen 11 688.12 in 1870. De bierbrouwerijen echter
blijven steeds bekend om hunne uitstekende qualiteit van bier,
dat voor een groot gedeelte naar andere provinciën wordt ver
zonden en ook naar onze bezittingen in Oost-Indiën.
De boekdrukkerijen en binderijen vinden steeds werk genoeg;
de sigarenfabrieken en tabakskerverijenalsmede de gouddraad-
trekkerijen, passementwerkerijenjen zadelmakerijen verheugen zich
in een meer en meer toenemenden vooruitgang.
De verzendingen naar Oost-Indiën, de militaire aannemin
gen en een talrijk garnizoen, brengen het hunne daartoe groo-
tendeels bij.