78 De vervanging van den hoog bejaarden heer Van Wees, als onderwijzer van de weesmeisjes van het R.-K. Weeshuis alhier door Mejufvrouw Loggere, bleek eene werkelijke en niet geringe verbetering. Omtrent de bijzondere scholen voor jongejufvrouwen van Mejufvrouw Wagelmans, en die voor jongeheeren van den heer De Wolff, had de Commissie geen reden om minder dan vroeger voldaan te zijn. D. Vacaturen. (Art. 21 der wet.) Aan de 1ste openbare school vertrok op 1 Mei de heer Scheltema, 1ste hulponderwijzer, met den rang van hoofd onderwijzer. Hij werd tijdelijk vervangen door den heer Eijsen- burger, en wel tot 1 Novemberen door den heer B r u ij s t e n s van 1 November tot 1 December. Na den laatsten datum is de heer Bruij stens, vroeger kweekeling, als hulponderwijzer aan de school opgetreden met eene definitieve benoeming. De plaats van den heer Scheltema bleef onaangevuld. Aan de 2de openbare of tusschenschool had tweemaal ver andering van personeel plaatsde eerstevacature Vermeulen, van 1 Februarij tot 1 November, werd op den laatsten datum vervuld door den heer J. van Vlerken; de tweede, vacature Lammerschop, van 15 December tot 31 December, door den heer P. A. C ha mot. Aan de armenschool voor jongens en aan die voor meisjes, had in den loop des jaars geen verandering van personeel plaats. De kweekelingendie dit jaar de normaallessen bijwoonden, waren 20 in getal. De benoemde hulponderwijzers waren in het bezit der door de wet vereischte akten. E. Strekking van het onderwijs. (Art. 23 der wet.) Het voorschrift van art. 23 der wet op het lager onderwijs van 1857 [Staatsblad n°. 103) is, zoo verre de Commissie heeft kunnen nagaan, getrouw opgevolgd. Evenmin als in vorige jaren is door de verschillende Kerk genootschappen aanvrage gedaan om de schoollokalen voor het onderwijs in de Godsdienst beschikbaar te stellen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1877 | | pagina 81