104
b. Giften.
De penningen bij het voltrekken van huwelijken door den
burgerlijken ambtenaar ten behoeve van den armen ge
schonken, vloeien in onze kas.
Zij beliepen over 1878 de sorn van 127.115, dat is
62.61s meer dan over 1877.
Aan Armengelden van Notarissen hebben wij niets ont
vangen.
Daarentegen is aan buitengewone giften ingekomen, als:
van den heer J. van Hal, het restant der gelden voor ver
siering en illuminatie, bij gelegenheid der Academiefeesten
ad 9.26, en van den Heer Gouverneur der Koninklijke
Academie, door tusschenkomst van den heer Burgemeester,
wegens entrées, 43.05.
BIJDRAGEN IN DE KOSTEN- EN TERUGBETALING
VAN ONDERSTAND.
a. Bijdragen.
Uit de nalatenschap van wijlen J. W. Scholl
wiens kinderen in besteding zijn opgenomen 39.87
Uit de nalatenschap van de weduwe J. van Gemert
door het burgerlijk armbestuur ondersteund geweest 5.-
Van het jongensgesticht der vereeniging van den
H. Vincentius, de wekelijksche verdiensten van kin
deren besteed voor rekening van het burgerlijk arm
bestuur 56.20
Van de weduwe A. Mermans, ten behoeve harer
bestede schoonzuster, de wed. C. Mermans. 10.
Opbrengst van verkochten huisraad van Johannes
van Gemert en zoon, die beiden in besteding zijn
opgenomen6.50
Opbrengst, bij verkoop, van den inboedel der weduwe
A. Bruins, op 1° October besteed in het gasthuis. 5.
Van de weduwe Bleijsi, besteed in het gasthuis. 45.
Deze gelden zijn gevloeid in onze kas, omdat de kosten
van onderstand ten behoeve der betrokken personen door
het burgerlijk armbestuur gedragen zijn.