HOOFDSTUK V.
19
De toestand van het pensioenfonds is alzoo allezins gunstig.
Het is in het bezit van genoemd kapitaal van f 1531.605
waarvan den 27aten January 1879 zijn aangekocht drie
Schuldbekentenissen ten laste der gemeente Breda, ieder
groot 500it 4V-2%. Van tien Schuldbekentenissen,
te zamen groot f 5,000.it 4'/s0/o, van zes Schuldbe
kentenissen, te zamen ad 3000.5%. Van twee schuld
bekentenissente zamen bedragende f 2000.472% en
van drie inschrijvingen op het Grootboek, te zamen bedra
gende 2000.rentende 4%.
GEMEENTE-EIGENDOMMEN, WERKEN EN
INRIGTINGEN.
A. Eigendommen tiiet bestemd voor de publieke dienst.
Deze eigendommen bestaan meerendeels in huizen en
andere gebouwenbenevens in eenige strooken gronds
welke in 1878 in het geheel aan huur hebben opgebragt
f 4315.90.
Het huis het „liggend hert" hetwelk in 1876 ten behoeve
der krijgsschool voor officieren voor zes jaren tegen 700.
's jaars werd verhuurdwerd ten gevolge van de ver
plaatsing dier inrigting, met 1 November 1878 ontruimd,
en ter beschikking gesteld. Sedert is het voors. gebouw
nadat daaraan eenige vernieuwingen hadden plaats gehad
weder aan een particulier verhuurd voor f 550.per jaar.
De stal en het koetshuis daaraan behoorende, werden
ieder afzonderlijk verhuurd, te zamen voor 160.'s jaars.
Voor de grondbelasting is in 1878 betaald 213,80;
terwijl de premiën van verzekering tegen brandschade hebben
bedragen 529.82.
B. Eigendofnmen bestemd voor den publieken dienst.
In den toestand der vroeger opgegeven gebouwenwerken
en inrigtingen is sedert het vorig jaar geene noemenswaardige
verandering gekomen. Voor het onderhoud dezer eigendom
men wordt naar behooren gezorgd.