I
HOOFDSTUK III.
GEMEENTEBESTUUR.
Personeel.
a. De Gemeenteraad bestond op den 313len December
1878 uit de volgende heeren:
Mr. E. de Man Ez.,
G. van Alphen,
Mr. J. J. Loke,
F. Rikkers,
J. J. Nelissen,
J. E. Vreede,
J. J. L. Ingen-Housz,
J. A. van Aken,
J. A. van der Burgh,
J. C. Rosu
Mr. J. H. van Mierlo,
L. C. A. de Haan,
A. H. Kuppens,
E. H. A. Guljé,
F. J. M. Heylaerts,
b. Het collegie van dagelijksch bestuur
De heer J. J. L. Ingen-Housz, die volgens den rooster
moest aftreden, werd op den 3de" September 1878 opnieuw
als Wethouder benoemd, zoodat het collegie is zamengesteld
uit de heeren:
Mr. E. de Man Ez., Burgemeester, herbenoemd bij
Koninklijk besluit van den 208tcn
Augustus 1876, N°. 13, jaarwedde
1800.—.
F w A r I" Wethouders, de eerste aftredende
T eT', in 1881, en de laatste in 1884,
J. J. ngen ousz jaarwedde van ieder f 500.
L. D. G. Teychiné, Secretaris, benoemd bij Koninklijk
besluit van den 19de" Maart 1848,
N°. 100, jaarwedde f 1800.—.
aftredende in 1879.
t aftredende in 1881.
aftredende in 1883.