101 het instituut, echter met het begin van den cursus 1879 werd door de commissie bepaald dat alle jongelieden, welke naar de herhalingschool verwezen werden, daar iederen avond van zouden gebruik maken en daarbij geen toegang zouden hebben tot het instituut. De herhalingschool werd bezocht door 26 leerlingen. De voorbereidende burger-avondschool werd bezocht door 27 leerlingen. De burger-avondschool was verdeeld in twee cursussen. De eerste cursus met 31 leerlingen. De tweede cursus (projectieteekenen) 24 leerlingen. Deze klassen werden over het algemeen beter bezocht dan het vorige jaar, vooral de klasse projectieteekenen. De commissie schrijft het drukkere bezoek in laatstgenoemde klasse hoofdzakelijk toe aan de benoeming van den kweekeling C. ICannemans, die bij den aanvang van den nieuwen cursus benoemd werd als leeraar eener voorbereidende klasse; deze klasse heeft ten doel om vooral aan de minder ontwikkelde leerlingen de lessen, gegeven door den leeraar Dr. Korteweg, nader duidelijk te maken, en zoodoende die jongelieden in staat te stellen die klasse geregeld te kunnen volgen. De commissie is evenals andere jaren zeer ingenomen met het programma der lessen, alsook met het onderwijs van de leeraren. Zij heeft steeds opgemerkt dat door de leeraren geen moeite ontzien werd om de jongelieden zooveel mogelijk te ontwikkelen, en zij twijfelt niet of zulk een onderwijs zal met der tijd degelijke en bekwame mannen vormen. Al wederom is de commissie verpligt u te herinneren aan vorige verslagen omtrent den slechten en ongeschikten toestand van het instituut; zij hoopt dat hierin weldra geheel of ge deeltelijk moge kunnen voorzien worden. Voorts beveelt zij de inrigting ten zeerste uwer zorgen aan. Breda, 1 Maart 1880. De Commissie van beheer voornoemd, J. A. VAN DER BURGH Voorzitter. J. M. MARIJNEN, Secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1879 | | pagina 104