HOOFDSTUK III. 6 GEMEENTEBESTUUR. aftredende in 1881. Personeel. a. De gemeenteraad was op den 31 December 1879 zamen- jesteld uit de heeren: J. E. Vreede, J. J. L. Ingen-Housz, ,T. A. Van Aken, J. A, Van der Burgh J. C. Rosu, Mr. J. H. Van Mierlo L. C. A. De Haan A. H. Kuppens E. H. A. Guljé, F. J. M. Heylaerts, G. Van Alphen F. Rikkers, J. J. Nelissen Mr. A. C. D. Pels Rijcken, Mr. E. De Man Ezn. aftredende in 1883. aftredende in 1885. b. In het collegie van dagelij ksch bestuur had in!879geene verandering plaats; het bestaat uit de heeren: Mr. E. De Man Ezn.Burgemeester, benoemd bij Koninklijk besluit van den 1. September 1870, N°. 9, en herbenoemd bij Koninklijk besluit van den 20. Augustus 1876, N°. 13. Wethouders, de eerste aftre- E. H. A. Guljé, r (jencie in 1881, en de laatste J. J. L. Ingen-Housz, j lgg4_ L. D. G. Teychiné, Secretaris, benoemd bij Koninklijk be sluit van den 19. Maart 1848, N°. 100. Vaste Commissiën. De vaste commissiën, naar aanleiding van de artikelen 54 en 166 der gemeentewet benoemd, zijn in de maand December 1879 weder vernieuwd; zij zijn de volgende:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1879 | | pagina 9