HOOFDSTUK XIII. INRIGTINGEN IN VERBAND STAANDE MET DE UITOEFENING VAN HANDEL EN VERDERE BEDRIJVEN. a. Middelen van vervoer te water. Door vijf ijzeren schroefstoombootenbestemd tot ver voer van goederen en veewordt eene geregelde gemeen schap onderhouden tusschen deze gemeente en Rotterdam, 's Gravenhage en Amsterdam en tusschen liggende plaatsen, terwijl van hier bovendien op gezette tijden vaartuigen op verschillende gemeenten aan- en afvaren. Over de waarneming dier diensten kwamen bij ons geene bijzondere klagten in. b. Middelen van vervoer te land. De alhier bestaande diensten zijn gedurende 1880 naar behooren waargenomen. Vóór de invoering der wet van den 22sten April 1880 (Staatsblad No. 67), betreffende de openbare middelen van vervoer, zijnde den lsten September daaraanvolgende, hadden in die diensten geene veranderingen plaats. Na dien tijd werd aan ons naar aanleiding van de be palingen der genoemde wet door J. Stuijts de aangifte gedaan dat zijne wagendienst tusschen Oudenbosch en Bredawaartoe hem bij beschikking van den Minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid van den HU011 Augustus 1879 No. 148, vergunning was verleend, werd gestaakt. Overeenkomstig de voorschriften van de artt. 186189 der algemeene politie-verordening voor deze gemeente, werden de postwagens, de huurrijtuigen en de paarden met de tuigen gekeurd. Bij raadsbesluit van den 24 Januarij 1830 werden con- cessien verleend lo. aan de heeren S. Brons c. s., voor het aanleggen van een stoomtramweg van Breda naar Oosterhout, en 2o. aan de heeren Mr, J. W. van der Biesen c. s., voor

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1880 | | pagina 73