84
HOOFDSTUK II.
VAN HET OPENBAAR ONDERWIJS.
1. DE SCHOLEN.
1. De eerste openbare school.
Van deze school, die onder de openbare scholen den voor
rang bekleedt, bedroeg het aantal leerlingen in Januarij 212,
in April 238, in Mei 24S, in Julij 206, in September 217,
in October 211 en in November en December 203. Deze
leerlingen bezochten allen de dagschool, terwijl de verstge-
vorderden nog de wiskunstlessen bijwoonden, die geregeld
's morgens van half acht tot half negen of 's middags van
twaalf tot één uur gegeven werden. Een twaalftal leerlingen
der dagschool bezochten de avondschool, waar gelegenheid
bestoud om het geleerde uit de dagschool (Eransche taal en
rekenen vooral) te herhalen en aan te vullen.
Op deze school heeft de commissie als naar gewoonte met
de meestmogelijke voldoening hare gewone jaarlijksche be
zoeken gebragt en zich weder kunnen overtuigen zoowel van
de degelijkheid van het onderwijs als van den goeden en
geregelden gang der zaken. Het dalen van het cijfer der
leerlingen op het einde van het jaar is aan twee oorzaken
toe te schrijven. In de eerste plaats trok de nieuw opge-
rigte Christelijke school voor Protestanten een vijf en twin
tigtal leerlingen tot zich, en in de tweede plaats verloor dc
school op 1° November haren zoo verdienstelijken hoofdon
derwijzer, die de school gemaakt heeft wat zij is en wiens
persoonlijkheid en het vertrouwen dat hij algemeen genoot,
de school tot zoo krachtigen steun is geweest.
Intusschen vermeldt de commissie met genoegen dat zij
van zijnen opvolger den heer Tack, die geheel in het voet
spoor van zijnen waardigen voorganger zal treden, de beste
verwachtigen koestert voor den bloei en het welzijn dei-
school.