HOOFDSTUK IV.
Bijlage E.
Verslag over den toestand van het mid
delbaar onderwijs der gemeente Breda
in het jaar 1880.
91
werkzaam te zijn aan de Bijzondere Christelijke schooi voor
Protestanten, mejufvrouwen A. C. B. Peters, C. J. Bouman, M.
L. N. Bouman en A. S. M. Ilafkenscheid om werkzaam te
zijn aan de Roomscli Catliolieke Bijzondere school „liet Lief
degesticht," mejufvrouwen It. ICoperberg en A. C. Scheltema
om werkzaam te zijn aan de Bijzondere school van mejuf-
vrouw Yoswinckel Dorselen.
VAN DE SCHOOLCOMMISSIE.
Buiten en behalve enkele buitengewone vergaderingen,
vergaderde de commissie geregeld iederen laatsten Zaturdag
der maand.
Hare vergaderingen werden nu en dan bijgewoond door
de heeren District- en Arrondissements-schoolopzieners.
In de zamenstelling der commissie kwamen geene veran
deringen.
Zij bragt de bij de wet vereisclite bezoeken op de open
bare scholen, terwijl hare sub-commissiën zulks eveneens
deden op de bijzondere scholen. Op geen dier bezoeken zijn
door haar overtredingen van de wet op het lager onderwijs
geconstateerd.
Breda, 15 Eebruarij 1881.
De plaatselijke schoolcommissie voor
lager onderwijs te Breda,
J. A. v. d. BURGH, Voorzitter.
G. SIX, Secretaris.
Openbaar Middelbaar onderwijs wordt van gemeentewege
gegeven aan
