130
WERKZAAMHEDEN DER KAMER.
De Kamer is samengesteld uit de heeren:
1. M. P. A. Faes, Voorzitter, j
2. G. G. J. Verdussen. f Treden af
3. A. Lips. i in 1882.
4. B. G. van Dongen.
5. G. van den Eeden, Onder-Voorzitter
6. J. J. Nelissen. (Treden af
7. W. Merkelbach. in 1884.
8. F. Smits, j
9. J. de Swert.
Mr. Max van DamSecretaris.
De heeren M. P. A. Faes en G. van den Eeden,
werden herbenoemd respectievelijk als voorzitter en
onder-voorzitter.
Behalve de gewone briefwisseling zijn de volgende
adressen verzonden
1. Aan den Minister van Waterstaat, Handel en
Nijverheid met verzoek de goederenloods van de
Maatschappij tot exploitatie van staatsspoorwegen bij
uitbreiding van het stationsemplacement aan deze
zijde van het station te brengen.
2. Aan Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
ten einde die maatregelen mogen genomen worden,
waardoor het onnoodig wegtappen van water op de
rivier de Mark door het Heemraadschap van Mark
en Dintel voorkomen wordt.
3. Aan den Minister van Waterstaat, Handel en
Nijverheid, houdende verzoek den eersten trein van
hier naar Rotterdam zóó tijdig te doen vertrekken,
dat deze trein kan aansluiten aan den eersten uit
Dordrecht vertrekkenden trein.
4. Aan Burgemeester en Wethouders van Breda
kennis gevende dat er bij de Kamer geen bezwaar
bestaat tot het opheffen van het beurtveer op Mid
delburg.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken te
Breda,
G. van den Eeden, Onder-Voorzitter.
M1'. Max van Dam, Secretaris.