HOOFDSTUK III. GEMEENTEBESTUUR. Personeel. De heer G. Van Alphen, nam wegens omstandigheden van hijzonderen aard zijn ontslag als lid van den Gemeenteraad, terwijl de heer J. F. De Booy, wegens faillissement, de hij art. 19 der gemeentewet vermelde vereischlen verloren hebbende, had opge houden lid van dien raad te zijn. Ter vervulling dezer heide plaatsen hadden 7-21 Augustus 1883 de verkiezing plaats, waarvan den uitslag in het vorig hoofdstuk is medegedeeld. De Gemeenteraad was alzoo op den 31 December 1883 samengesteld als volgt: de heeren: W. G. H. Rombouls, F. Rikkers, JL J. Nelissen, Mr. A. C. D. Pels Rijcken, Mr. E. de Man, Ez., J. A. van Aken. J. A. van der Burgh, C. J. Marijnen, J. A. J. W. van Hal, Jhr. F. Backer, J. C. Rosu, J. E. Vrede. aftredende in 1885. 1 aftredende in 1887.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1883 | | pagina 14