HOOFDSTUK VII.
NATIONALE MILITIE EN SCHUTTERIJ.
A. Nationale Militie.
De loting, die den 8 en 9 Februari 1883 plaats had,
is geregeld afgeloopen.
Het aandeel der gemeente in de lichting van 1883, heelt
bedragen 31 manschappen.
Dit aandeel is berekend naar het aantal ingeschreven
(134) na aftrek van 25 vrijwilligers, die vóór de inschrij
ving in dienst waren en een overledene, dus 108 man.
Van de 134 lotelingen zijn door den militieraad vrijgesteld
77 en door de Gedeputeerde Staten 4 te zamen 81.
De vrijstelling werd toegekend aan:
door ziekten of gebreken ongeschikt voor den dienst
bevonden10
éénige wettige zonen13
in dienst bij het leger25
wegens broederdienst32
die beneden de maat waren1
te zamen 81
Door hun getrokken nommer zijn 21 lotelingen buiten
oproeping gebleven.
De overblijvende 31 lotelingen, die voor den dienst
werden aangewezen, zijn ingelijfd, als:
bij het 6de regiment infanterie17
4de vesting-artillerie 1
3 de veld-artillerie4
de genie-troepen2
koloniale troepen3
bet 2de regiment hussaren3
de zeemilitiet
te zamen 31