Bijlage A.
.Reiniging Verslag van de maatregelen ter
Gemeente Breda. bevordering der Gemeentereiniging
te Breda over 1883.
In het afgeloopen dienstjaar is in de wijze van exploitatie
geen verandering gekomen.
A. Personeel.
De Directie bleef opgedragen aan den Heer C. H. Lipjes,
bijgestaan door den opzichter J. H. Duurland, speciaal belast
met de richtige uitvoering van het tonnenstelsel, den opzichter
M. Goos, uitsluitend werkzaam bij het ophalen van droog huis-
en straatvuil en den meesterknecht J. Klaaijsen, voor de ver
menging der aangebrachte meststoffen en verder toezicht op de
mestplaats.
De commissie besloot in hare vergadering van 6 December
1883, wijziging voor te stellen aan de Gemeenteraad der veror
dening van 10 December 1877, regelende de invoering en
exploitatie van het verbeterd tonnenstelsel; onder meer, in dier
voege: de opzichters te doen vervallen en tijdelijke opzichters
aan te stellen cp eene bezoldiging van ƒ500's jaars.
De. directeur te bezoldigen met 700,en 10$ der zuivere
opbrengst en de meesterknecht op ƒ400,en 5$ der zuivere
opbrengst.
Bovendien werd voorgesteld de invoering van het tonnenstel
sel van af 1 Januari 1884 niet meer kosteloos te doen geschie
den, maar geheel en al voor rekening van belanghebbenden te
laten, terwijl ton en trechter (zinken) gratis zou worden verstrekt.
In de raadsvergadering van 23 December werd conform het
voorstel der commissie besloten en de veranderlijke toelage van
den directer door de gemeente gegarandeerd voor ƒ300.
Het overig personeel bestond gemiddeld uit 31 werklieden.
Het dagloon was ongeveer 1.05 per persoon; waaronder het
nachtwerk en de kazernedienst is begrepen.
De uitbetaalde weekloonen bedroegen ƒ11885,68.