118
worden daarom allen met zorg onderhouden, waarvoor ons
medelid de heer G. II. Moolenhergh speciaal belast is.
De kosten van onderhoud beliepen over 1884 f 7(1.33.
TOESTAND DER ADMINISTRATIE, IN VERBAND MET
DEN TOESTAND VAN HET ARMWEZEN ALDAAR.
De werkzaamheden door ons collegie in het afgeloopen jaar
gedaan, worden u in het hiervorenstaande breedvoerig uit
gelegd.
Ofschoon onze middelen zich niet zóóver uitstrekken, dat
alle aanvragen toestemmend konden beantwoord worden, is
toch ons doel zooveel mogelijk in alles en aan allen te gemoet
te komen. Hierbij valt op te merken, dat door de vele werk
zaamheden, in den zomer hier ter stede plaats gehad, een
massa werklieden in en tegen den winter zonder werk zijn,
welke zich dan gedurig bij ons bestuur aanmelden.
Onze uitgaven plooiden wij naai' onze ontvangsten en van
daar dat niet alle aanvragen direct toegestaan konden wor
den. doch die moesten overlaten aan derden.
Wij deelden geld en brood uit, hetgeen zich wekelijks
herhaalt; wij besteedden oude en gebrekkige personen, alsmede
kinderen in verschillende gestichten; wij voorzagen in den
winter de behoeftigen van kleederen, ligging- en dekking-
stukken.
Maar niet alleen het Burgerlijk Armbestuur verzorgt de
armenook de gemeente heeft een zeker aandeel hierin.
De geheele geneeskundige verpleging der armen, zoowel die
in het Gast- of Stedelijk Ziekenhuis als zij die tehuis ziek
zijn, wordt door de gemeente gegeven; zij geeft verloskundige
hulp aan behoeftige kraamvrouwenlaat de lijken van be
hoeftigen ter aarde bestellen en voor dezelven doodkisten ver
vaardigen. Ook schenkt zij hulp aan arme doorreizende personen
of geeft hen nachtverblijf en voeding. De uitkomsten hiervan,
door ons in naam der gemeente gedaan, zullen u in dit
verslag gebleken zijn.