I huisgezinnen en 133 aantal fatsoenlijke armen, bij ons bestuur, zich aanmelden tot het genieten van tijdelijken onderstand. De uitkomsten hiervan hebben zich geopenbaard in de bedeeling in geld, daarzooals hiervoor vermeld iswij op dat hoofdstuk meer moesten uitgeven dan begroot was. Ten koste van de gemeente en het burgerlijk armbe stuur werden ondersteund: door verpleging in het Gasthuis 131 personen n Sted. Ziekenhuis. 154 verstrekking van geneesmiddelen 255 I eenl personen. reisg. of naclitv. 356 geld en brood .121 besteding in gestichten 59 personen terwijl voor rekening der gemeente werden begraven16 Onmogelijk was het ons op de toegestane subsidie te sparen, omdat veel armoede, ja zelfs onbekende armoede geleden wordtwaarvan wij gedurende het jaarwaar over dit verslag loopt, veel ondervinding hebben opgedaan. Deze armoede bepaalt zich meer bij hen, die een talrijk huisgezin hebben en geen werk kunnen bekomen, d. w. z. fatsoenlijke armer. Zooals de tijdsomstandigheden zich nu voordoen, schijnt het weldat er vooreerst op een kleiner getal hulpbe hoevenden niet mag gerekend worden, doch dat het getal zich eerder zal vergrooten het is daarom dat wij de be langen der armen u allen aanbevelen. Breda, den 15 Februari 1886. L. INGEN-HOUSZ, Voorzitter. A. J. B. STAP, Rentmeester

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1885 | | pagina 137