134 -
Bijlage H.
Verslag der Kamer van Koophandel en
Fabrieken te Breda, over den toestand
van Handel en Nijverheid over het
jaar 1885.
In den toestand van handel en nijverheid in deze ge
meente, is over het afgeloopen jaar geene gunstige ver
andering gekomen, maar de alom heerschende malaise
werd meer dan te voren gevoeld.
Door vele fabriekanten, met name de ijzerfabrikanten,
werd het aantal werklieden verminderd en de loonen
werden verlaagd. Eveneens drukte de slechte toestand de
brouwerijen, leerlooierijen en zoutziederijen, deze laatsten
ondervinden vooral schade door den toenemenden smok
kelhandel.
Het aanbouwen van huizen is niet zoo talrijk geweest als
in vorige jarenwaardoor dan ook de steenhouwerijen
timmerlieden en metselaars niet zoo druk werk vonden.
Eene uitzondering moet gemaakt worden voor de Cho
coladefabrieken de Stoombad- en Waschinrichtingen
Sigarenfabrieken, Stoommouterij en de in de nabijheid der
gemeente gelegen Vernis- en Suikerfabriekdie geen
reden tot klagen hadden; evemin de Zadelmakerijen,
Vuurhaarden en Kachelfabrieken
Van zout werden veraccijnsd
In 1883 1 089 540 kilogrammen.
1884 1.006.925
1885 973.100
De opbrengst was f87,579,tegen f 90,623,25 in 1884.
De Zeepziederij veraccijnsde 228.000 KG. tegen 241.000
KG' in 1884.