Bijlage H. 130 Aan den Raad der gemeen'e Breda. Overeenkomstig art. 7 der verordening van de Ambachts school te Breda, opgericht ingevolge testamentaire beschikking van wijlen Dr. L. F. W. Van Cooth, is hel ons een aangename taak u het eer.-te jaarverslag aan te biedenaangenaam om dat het ons een gen egen is ie's te mogen bijdragen tot het edel streven, de opleiding en vorming van aanstaande am- bachlsli den, ten einde daardoor het ambacht op die hoogte terug te brengen waarop het eertijds schijnt te hebben ge staan, aarg naam ook omdat wij in de geleg nheid zijn u op den goeden gang van het onderwijs aan de school te kunnen wijzen. Het zoude vermetel zijn u reeds te willen wijzen op vruch ten die de school zoude hebben afgeworpen, of u uit te noodigen reeds onberispelijke werkstukken te komen bezich tigen. Neen daartoe is de tijd nog niet g komen, evenwel noodigen wij u uit de reeds gemaakte en alsnog aanwezige werkstukken en tcekeningen met een welwillend oog te willen komen aanschouwen en u te overtuig n van den naar onze bescheide meening, goeden gang van bet onderwijs. Alvorens ons eigenlijk eerste jaarverslag aan te vangen, mcencn wij dat bet niet ongepast is een blik terug te wer pen en in hel kort de wording en de geschiedenis der Bredasche Ambachtsschool in herinnering te brengen. ZooaF u bekend is, heeft wijlen de heer Dr: L. F. W. Van Cootii, bij olographisch testament van den 27 November 1 880, een legaal groot f 330,000 aan de gemeente Bredr vermaakt, nder voorwaarde, dat o. a. uit dal fonds eene Ambachtsschool binnen do gemeente moest worden opge richt, waartoe voor aankoop van terrein en slichten van het gebouw niet meer dan /"30,000 mocht worden besteed, en

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1886 | | pagina 134