136 De ouders der leerlingen kunnen als volgt worden verdeeld. Ambachtslieden 17 Winkeliers of kooplieden 1& Ambtenaren en onderwijzers. Militairen en particulieren 12 Weezen uit gestichten 7 Den 15 September 1886 werd de school voor het onder wijs geopend door den Heer Burgemeester in tegenwoordig heid van vele leden van den gemeenteraad, de commissie van het stads-teekeninstituut en eenige genoodigden. Wij achten het niet ongepast hier verkort te laten volgen hetgeen de heer Ed. Guljé, voorzitter der commissie en Mr. E. de Man Ez., Burgemeester van Breda als woordvoerders bij die gelegenheid spraken. Na de aanwezigen het welkom, in dit door den Gemeente architect in renaissance stijl opgetrokken gebouw te hebben toegeroepen, sprak de heer Guljé ongeveer het volgende: //Het zij mij vergund eenige woorden te wijden aan den edelen gever van deze instelling, aan wijlen den lieer Dr- Nan Cooth, den vriend van den ambachtsman, wat hij niet alleen na zijn dood maar ook tijdens zijn leven bewezen heeft. Het- geheele legaat Van Cooth strekt tot bewijs, dat hij den ambachtsman lief had, want niet alleen heeft hij tot het oprichten van deze schoone instelling den stoot gegeven, maar ook heeft hij fondsen gelegateerd om uit de rente daarvan jaarlijks premien uit te reiken aan kinderen die getrouw de school bezoeken, hetgeen na verloop van drie jaren reeds tot gevolg heeft, dat nergens in den lande zulk een gering schoolverzuim te constateeren valt als in Breda. Ten einde te voorzien in de leemte, dat noch het Rijk, noch dj Provincie, noch de gemeente, verplicht zijn te voorzien in het ambachtsonderwijs, heeft Dr. Van Cooth een vorste lijk legaat aan rle stad zijner inwoning aan Breda vermaakt, en alzoo niet alleen deze inrichting gesticht maar ook ge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1886 | | pagina 140