69
Erkennen wij dankbaar de zorgvolle en krachtige werking
van de gemeente alhier, toch blijft de armenzorg voor ons
groot.
Immers, begrensd als wij zijn in onze inkomsten, wor
den door ons de uitgaven daarnaar gcëvenredigd en onder
steunen wij naardal onze middelen toereikend zijn. Ofschoon
in het afgeloopen jaar de werkzaamheden in onze gcmecnle
niet buitengewoon groot waren, hebben wij alle aanvragen
om onderstand niet direct toegestaan en de aanvragers daar
door geleerd zooveel mogelijk op eigen krachten Ie steunen.
Kunnen wij in den zomertijd onze hulp inkrimpen, als de
wintermaanden gekomen zijn en het werk voor do behoef-
tigen bijna opgehouden heeft, dan wordt onze hulp meer
uitgebreid en worden de zorgen groolcr.
Van de ons toegekende subsidie was het onmogelijk iels
te sparen, daar, door de verbouwing onzer huizen en het
verkoopen van het gebouw in gebruik geweest als stads
apotheek, de huren gedeeltelijk of geheel opgehouden hadden.
Ten slotte, Mijne hoeren, zij het ons vergund, de belan
gen der algcmecne armen, bij voortduring aan Uwe goede
zorg aan te bevelen.
BREDAden 17 Februari 1888.
liet Burgerlijk Armbestuur
L. 1NGEN-H0USZ, Voorzitter.
A. J. B. STAP, Rentmeester.