HOOFDSTUK XI. LANDBOUW EN VEETEELT. Eigenlijke landbouw, gelijk wij reeds in vorige jaren me dedeelden, wordt, in deze gemeente niet gedrevenop den tuinbouw legt men zich meer bijzonder toe. De groenten blijven zeer gezocht en worden, zooals ver der bij de behandeling van dit hoofdstuk blijken zal, in vrij groote hoeveelheden naar andere gemeenten gezonden. Ook zij hier reeds aangeteekenddat over het algemeen de oogst der vruchten bevredigend mag genoemd worden. Het Bestuur van de 8ste afdeeling der Noordbrabanlsche maatschappij van landbouw heeft ons het volgende me degedeeld Getrouw aan art. van het huishoudelijk reglement, is ♦de afdeeling in 1889, evenals in vroegere jaren, voortge daan met het behartigen der belangen van den landbouw >in het algemeen en van de leden der afdeeling in het bijzonder, o. a. t ♦a. door het doen houden van voor land- en tuinbouw nuttige voordrachten; ft. door het verspreiden van geschriften, betrekking heb- bende op landbouwbelangen; »c, door het uitdeelen aan de leden van goede soorten zaaigranen, en »d. door het houden eener zeer gced geslaagde tentoon stelling van land- en tuinbouw, veeteelt, pluimge dierte, bloemen, vruchten enz., van l i-17 September. Het bestuur kan niet nalaten er telkens weer op te wijzen, dat het zeer moeielijk valt de gewenschte belangstelling der leden in de goede zaak gaande te houden, overtuigd als het is daarvoor ook in het afgeloopen jaar wederom niets ♦or.beproeld te hebben gelaten. Doorgaans is het bij ver-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1889 | | pagina 119