Bijlage G.
xxxvni.
AMBACHTSSCHOOL te BREDA, Legaat Dr.
L, F. W. VAN COOTH. Verslag 1889.
Aan den Raad der gemeente Breda.
Overeenkomstig art. 7 der verordening van de Ambachls-
school te Breda, opgericht tengevolge testamentaire beschik
king van wijlen Dr. L. F. W. van Cooth, is het ons eene
aangename taak U het verslag over het jaar 1889, het
vierde sedert het oprichten der school, aan te bieden.
Volgens art: 3 der verordening treedt jaarlijks op den
laalsten December één lid der Commissie at welke dadelijk
herkiesbaar is. Ingevolge den daarvan bestaanden rooster
was met 31 December 11. de heer W. J. Slechtriem aan
de beurt van aftreding en werd hij, op onze aanbeveling,
bij uw besluit van 14 December 1889 als zoodanig her
benoemd, zoodat de Commissie bestaat uit de Hecren:
Ed. Guljé, VoorzitterW. J. Slechtriem, VV. C. Koomans,
A. Vriends, Jhr. F. Backer, C J. Marijnen en P. J. van Aalst,
leden en G. Lamers, Secretaris.
De Commissie vergaderde geregeld éénmaal per maand
en wel gedurende de zomermaanden den eersten Donderdag
en de wintermaanden den eersten Woensdag.
Bovendien hield de Commissie gedurende het jaar drie
buitengewone vergaderingen.
De vergaderingen werden zeer geregeld bijgewoond.
Evenals vorige jaren zijn, volgens rooster, twee leden
gedurende elke maand met het schoolbezoek belast geweest.
Door dezen maatregel geraken alle leden met den gang van
hel onderwijs vertrouwd en leeren de behoeften der inrich
ting kennen, waaraan het dan ook waarschijnlijk is toe te