51 De mindere opbrengst dan in 1888 ad f 182,35s is uit sluitend een gevolg van den lageren eenheidsprijs der fajcaliën, waartegenover staat, dat op ultimo December 1889 de mest- voorraad eene waarde vertegenwoordigde van f 2058 tegen 1051 op het einde van 1888. De totale ontvangsten warenzooals uit vorenstaanden staat blijkt, f 21491,03 en de uitgaven- 18215,10 zoodat het jaar 1889 een batig saldo oplevert van f 3276,5.3 Bijzondere uitgaven waren Nieuwe aanmaak van 200 tonnen f 364, Aanschaffen eener nieuwe stulpkar. - 142,95 Idem van zwart linnen dekkleeden op de tonnenwagens- 181,50 Verwisselen van een paard 178,50 samen f 866,95 De fourage en het ligstroo hebben in 1889 per dagen per paard gekost f 0.856. Bovenstaande batig saldo van f 3276,53 wordt verminderd met: 1°. wegens belooning van den gemeente- architect, waarnemende de betrekking van directeur, zijnde 10 ten honderd van gemeld goed slot dus 344.89 2". aan den opzichter en den meesterknecht elk 50. voor vermeerderde werkzaam heden - 100.— - 444.89 Zoodat het zuiver saldo isf 2831.64 Zie voor verdere bijzonderheden het verslag der com missie van beheer der gemeente-reiniging, bijlage A. II. Hecrschende Ziekten. •Onder de bijzondere ziekten, die zich in het afgeloopen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1889 | | pagina 55