J
1
216
ïn-
Veestapel.
aPaarden
1. Veulenmerriën. 8 stuks.
2. Veulens en jonge paarden 42
3. Overige paarden (werkp.) 296
b. Ezels 5
(In gebruik: 3 bij burgers, 2 bij kooplieden.)
c. Trekhonden; 60 stuks.
d. Rundvee:
1. Melkkoeien en melkvaarzen 384 stuks.'
2. Kalveren, pinken, hokkelin j
gen en 2- tot 3-jarige vaar
zen, die nog niet melk zijn 25
3. Mestossen en ander mestvee 30
4. Trekossen i i
e. Schapen:
1. Boven één jaar oud 18
2. Ben. één jaar oud (lammeren) 6
i f. Geiten en bokken:
n
1. Geiten l 142
2. Bokken. 6
Een derde gedeelte der geiten wordt gehou
den door niet-arbeiders voor het genot der
melk.
g. Varkens 3 650 stuks.
h. Pluimvee:
t
1. Hoenders 1500
2. Kalkoenen 1 16
3. Eenden. 0 70
4. Duiventillen 70
De gezondheidstoestand van bet vee was goed.
Bijenteelt.
Bestaat in deze gemeente nietj