bleef zich de discussie bewegen, waarbij beide stellingen aan de omstandigheden werden getoest. De slotsom echter was dat de zaak werd aangehouden, ten einde meerdere informatiën te kunnen nemen. Vervolgens kwam dit punt opnieuw aan de orde in de raadszitting van den 19(Ien September 1891. Breedvoerig werden inlichtingen gegeven en velerlei gedachtenwisseling had plaats, in den loop waarvan de lieer Rombouts voorstelde aan het gezin van den betrokken persoon toe te kennen 1000, en dit bedrag te betalen in wekelijksche sommen van f 4. Nog meerdere voorstellen ten aanzien der uitkeering werden gedaan en zorgvuldig werd gepoogd de waarheid in deze voor vele leden duistere zaak te achterhalen, doch dit mocht niet op bemoedigende wijze gelukken, waarom besloten werd, nader het oordeel in te winnen van den genees heer, die den overledene behandeld had, en gepreci- reerde inlichtingen van de Commissie voor de brandweer te vragen. Beide stukken werden door den voor zitter, namens burgemeester en wethouders, over gelegd in de raadszitting van den 24stou October 1891 met voorstel thans, naar aanleiding dier stukken, afwijzend op het verzoek te beschikken. De heer Rombouts daarentegen handhaafde en verdedigde zijn vroeger gedaan voorstel, dat thans eenige bestrijding vond. Ten slotte werd met meerderheid van stemmen tot afwijzing der gevraagde toelage besloten. De behande ling van een nader adres der betrokken weduwe in de raadszitting van 5 December 1891, leidde niet tot wijziging van dit besluit. Wijziging Door de Commissie van bestuur van het Rensioen- verordemng fonqs voor ,]e gemeente-ambtenaren en bedienden rensioen- fonds, alhier, werden op initiatief van haar medelid, den

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1891 | | pagina 73