87 «opgedragen zeer spoedig de grenzen van den nieuwen weg op »het terrein aan te wijzen, onder voorbehoud om daarin eenige «verandering te brengen wanneer dit mocht noodig blijken bij het «overleg door hem te houden met den spoorwegambtenaar, die »van wege mijn genoemden ambtgenoot voor dat overleg zal wor- »den aangewezen'". De heer Guljé deelde daarop tot toelichting mede, dat op de vroeger ontworpen voorwaarden van overeenkomst was terugge komen, naar aanleiding van een gerucht, dat er plan bestond het bouwblok, ten noorden van den ontworpen toegangsweg naar het Stationsplein, bij het emplacement van den staatsspoorweg te voegen; dat hieromtrent met den minister in briefwisseling was getreden waarop het voorschreven beticht tot antwoord diende. De Raad keurde zonder bedenking deze wijziging goed. De met den Staat ten deze aan te gane overeenkomst, waarvan het ontwerp van den minister wordt ingewacht, was op het einde des jaars nog niet tot stand gekomen. 26 November 1892. Overname In deze zitting werd gelezen eene missive van den heer inge- traverae. nieur van 's rijks waterstaat te Breda, te kennen gevende, dat bij de behandeling van adressen van particulieren, betrekking heb bende op het in deze gemeente gelegen gedeelte van den rijksweg van het Sleeuwijksche veer naar Breda, bekend als Teteringsche weg, onlangs de wenschelijkheid gebleken was, dat gedeelte aan deze gemeente in beheer en onderhoud over te dragen als traverse, op den voet der Koninklijke besluiten van 20 September 1814, No. 52, 17 December 1819, No 1, en 25 December 1823, No. 86, met verzoek dit punt in o\erweging te willen nemen, onder over legging bereids, in ontwerp, van een procesverbaal van overgave en overname. Besloten werd deze stukken te stellen in handen van de rechts geleerde commissie uit Uwen Raad, met verzoek daaromtrent U wel te willen voorlichten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1892 | | pagina 106