447 Alle privaattonnen worden dagelijks, na het gewone spoelen, gedompeld in een bad van water met 5 °/0 carbolzuur vermengd. De eigenaren en gebruikers van de bekende sloot achter het Van Coothplein en achter een deel van de Ginnekenstraat, zijn op grond van art. 6 der wet van 4 December 1872, houdende voorziening tegen besmettelijke ziekten, aangeschreven, die sloot te zuiveren, doch dewijl zij daaraan geen gevolg hebben gegeven, wordt op grond van hetzelfde wetsartikel de sloot op kosten van de gemeente gezuiverd. Aan dit omvangrijke werk wordt nog steeds voormiddags doorgewerkt. Aan de openbare scholen wordt ten gebruike der leer lingen gekookt drinkwater verstrekt, en de privaten worden aldaar gedesinfecteerd. Ook de besturen of hoofden der bijzondere scholen in deze gemeente zijn uitgenoodigdgekookt water ten behoeve van de leerlingen dier scholen beschikbaar te stellen. Op voorstel der commissie van het Stedelijk Ziekenhuis is in aanmaak een houten barak, te plaatsen bij het gebouw van besmettelijke ziekten bij het Ziekenhuis. Deze houten barak is bestemd om lijders aan besmettelijk verklaarde ziekten (anderen dan choleralijders) op te nemen, ten einde het steenen gebouw voor choleralijders beschikbaar te houden. De slachters zijn aangeschreven en aangezegd, binnen drie dagen, den afval van het geslachte vee te verwijderen, bij gebreke waarvan dit steeds van wege de gemeente zal plaats hebben. De houders van lompen- en beenderenmagazijnen zijn aange schreven het vervoer niet anders te doen plaats hebben dan in volkomen gesloten droge zakken; zorg te dragen dat geen lompen ontvangen worden uit besmette plaatsen; het uit pakken en behandelen der lompen niet op de openbare straat te doen plaats hebben; magazijnen en werkplaatsen meermalen met carbol en chloor te besprenkelenen voorts alle mogelijke voorzorgen tegen het overbrengen van besmetting in acht te nemen. Dit punt is speciaal aldus in overleg met de gezondheids commissie geregeld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1892 | | pagina 166