■256 V. Ambachtsschool. Grootsch is de stichting welke onze gemeente te beurt is ge vallen door de bijzondere edelmoedigheid van wijlen den heer dr. L. F. W. van Cooth. Als met vooruitzienden blik werd door hem de zich meer en meer vooruitdringende behoefte aan ambachts scholen begrepen, en niet lang wilde hij onze gemeente in hare periode van snelle ontwikkeling, van zulk eene school verstoken zien blijven. Moest aanvankelijk, gelijk met al wat nieuw is, de werking der inrichting worden afgewacht, onder kundig en belangstellend bestuur, alsmede onder bekwame dagelijksche leidingis zij binnen weinige jaren tot een staat van bloei gekomen, die de beste verwachting overtreft. Daardoor ook niet het minst wordt de noodzakelijkheid en het nut van haar bestaan gekenmerkt. Ook getrouw schoolbezoek wenschte dezelfde edele gever aan te moedigen en te beloonenen schonk daartoe aan de gemeente, ten behoeve der leerlingen der openbare lagere scholen en der ambachtsschool de noodige fondsen, waarvan reeds hiervoor is melding gemaakt. En werd dat alles aangelegd ten bate der jeugd: ook de brave ambachtsman, op zekeren leeftijd gekomen, moet deelen in de hulpvaardige toegenegenheid van den onvolprezen Van Cooth. Te hunnen beheer zonderde deze mede een kapitaal af tot stichting van twaalf woningen, met de bestemming die kosteloos af te staan, van welke stichting eenigszins verderop in dit verslag alsnog bijzonderlijk wordt melding gemaakt. De commissie van beheer der ambachtsschool is samengesteld uit de volgende heeren: Ed. H. A. Guljé, voorzitter, W. J. Slechtriem, W. C. Koomans, A. Vriends, Jhr. F. Backer, J. A. J. W. van Hal, P. J. van Aalst, G. Lamers, secretaris. De uitgaven ten behoeve dezer stichting waren Aan jaarwedden van onderwijzersj 7383.16 y> vuur en licht. - 310,625 onderhoud voor gebouwen en uurwerk - 58.54 schoolbehoeften enz- 3364.96 Samen 11117.285 17

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1892 | | pagina 275