57 Besloten werd deze stukken te stellen in handen van de Bouw commissie, met verzoek om advies. Reeds in de volgende zitting (27 Augustus 1892) gaf die com- missie gevolg aan het haar gedaan verzoek en stelde voor, bestek en voorwaarden goed te keurenonder overlegging van een nieuwe teekening voor de te bouwen muziektent. Te dezer gelegenheid gaf de heer Van Dam in overweging, met het oog op de groote uitgaven aan werken van openbaar nut, die te wachten staan, terug te komen op het eenmaal genomen besluit tot het bouwen van een paviljoen in het Valkenberg. Spreker wenschte echter de beslissing te zien geadjourneerd tot bij de be handeling der gemeente-begrooting, dienst 1893. Lokte dit voorstel bedenking en breedvoerige discussie uit, het kwam tot stemming daarover in de zitting van 26 November 1892; toen met 8 tegen 7 stemmen besloten werd, van wege de gemeente noch paviljoen noch enkele muziekkiosk in het Valkenberg te plaatsen. De heer Van Hal was buiten stemming gebleven. Hieuw adres van het be stuur der öroote Sociëteit. Inmiddels was in de zitting van 19 November 1892 ingekomen een adres van het bestuur der Groote Sociëteit, waarin werd ver zocht, voor het geval geen gevolg mocht worden gegeven aan het raadsbesluit tot oprichting voor rekening der gemeente van een paviljoen in het Valkenberg, aan gemelde sociëteit op door den Raad te stellen en met de sociëteit overeen te komen voorwaarden in pacht af te staan een van wege den Raad in gemeld park aan te wijzen terrein tot het plaatsen van een gebouw en het geven van muziekuitvoeringen Daarop werd besloten dit adres aan te houden tot bij de behan deling der gemeente-begrooting, dienst 1893. Toen bij die gelegenheid het votum genomen was, om van wege de gemeente geen paviljoen in het Valkenberg te stichten, werd vervolgens beslotenvoormeld adres te stellen in handen van bur gemeester en wethoudersten einde ter zake met het bestuur der Groote Sociëteit eene conferentie te houden. Het vervolg dezer zaak deelen wij mede in ons volgend verslag.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1892 | | pagina 76