79 Artikel 44. De concessie wordt zonder goedkeuring van den gemeenteraad niet aan een ander overgedragen. Artikel 15. De concessie wordt eerst geacht te zijn verleend door de in arti kel 7 bepaalde verklaringen en storting, en kan worden ingetrokken indien niet binnen een jaar na het aanvaarden der concessie een centraalbureau geopend en in exploitatie gebracht is; indien deze concessie, zonder toestemming van den gemeen teraad aan een ander wordt overgedragen; c. indien aan de voorwaarden der concessie niet voldaan wordt, of naar het oordeel van den gemeenteraad de exploitatie op zoodanige wijze geschiedt, dat die intrekking in het belang der gebruikers wordt gevorderd. Artikel 16. Na afloop der concessie heeft de gemeente de bevoegdheid alle verbindingen en toestellen van concessionarissen, of wel een deel daarvan te naasten tegen den prijs, waarop die zullen worden ge schat door drie deskundigen, te benoemen één door den gemeen teraad, één door concessionarissen en de derde door beide eerst- genoemden, of, ingeval daarin geene overeenstemming mocht wor den verkregen, door den kantonrechter te Breda. Bij de taxatie zal worden gelet op het doel waarvoor toestellen en draadverbin dingen dienen, op de kosten van waardevermindering door het gebruik, maar niet op de winsten of verliezen van de onderneming. Artikel 17. Ingeval de naasting, bedoeld bij art. 16, niet geschiedt en de concessie intusschen niet is verlengd, zijn de concessionarissen ver plicht tot wegneming van al hetgeen door hen is daargesteid, en

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1892 | | pagina 98