85 aar ^er- oor icht de ide, het ten zeer laar ;oek i te ;aan den taat ante van e te itje» iana ente met lakt, reda, »De tegenwoordige eigenaar van het koffiehuis »het Zwaantje» «wenscht, blijkens zijn adres, dien stal gaarne opgeruimd te zien »ten einde de omgeving aldaar te verfraaien. »Het moet eikend worden, dat nu de bebouwde kom der «gemeente zich aldaar zoo ver heeft uitgestrekt, de stal in het «kader der gebouwen aldaar niet meer past, terwijl hij bovendien «door den pachter der gebouwen van het trekpad nooit, of, «hoogstens genomen, zeer zelden wordt gebruiktomdat de schepen «niet verder dan tot de suikerfabriek worden opgesleept. «Zal de stal beantwoorden aan het doel waarvoor hij bestemd «is, namelijk het tijdelijk stallen van jaagpaarden, dan behoort «hij te staan even beneden de suikerfabriek op den gemeenteweg «aldaar, terwijl hij van zeer voldoende grootte is, als hij gelegen- «heid tot het stallen van vier paarden verschaft, zoodat hij veel «kleiner dan de tegenwoordige zijn kan. «Intusschen kan het recht van opstal zoo maar niet worden «prijs gegeven, al is het een feit dat van dat recht niet anders «dan ten behoeve van stalling der jaagpaarden mag gebruik ge smaakt worden. »Daarom wordt voorgesteld voor afkoopsom van dat recht te «bedingen eene som van honderd gulden, welke som ruim vol- «doende wordt geacht om het gebouw te verplaatsen.» Voorts werd door burgemeester en wethouders overgelegd eene op voormelden grondslag berustende ontwerp-akte van overeenkomst tusschen de gemeente Breda en Gijsbertus van Es, eigenaar van het koffiehuis «het Zwaantje»met kaartbenevens copie van de voorbedoelde overeenkomst van den 16. Maart 1864. Na eene korte toelichting van den voorzitter, dat het doel was den stal te verplaatsen even ten noorden van de suikerfabriek, werd besloten het adres en bijlagen te verzenden aan de bouw commissie, met verzoek om bericht en raad. Voormelde commissie voldeed reeds in de volgende zitting aan de haar gedane uitnoodiging en gaf U het beredeneerd advies te besluitenburgemeester en wethouders te machtigen tot het sluiten der voorgenoemde overeenkomst. Met dat advies vereenigde zich Uwe vergadering zonder eenige bedenking.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1893 | | pagina 104