140
Art. 9.
De prijs van toewijzing moet, met de loopende rente, tegen
ontvangst van de schuldbekentenissen worden voldaan op Maandag
den 17. Juli 1893, en wel:
te Breda ten kantore van den gemeente-ontvanger, indien de
inschrijving aldaar heeft plaats gevonden, of
te Amsterdam bij de Amsterdamsche Bank, indien de inschrij
ving te Amsterdam heeft plaats gevonden.
Art. 10.
Aan makelaars en commissionnairs in effecten wordt pCt.
van het nominaal bedrag der hun toegewezen stukken vergoed.
Deze vergoeding wordt tegen kwitantie uitbetaald by het afgeven
der schuldbekentenissen.
Art. 11.
Afdrukken dezer kennisgeving, alsmede formulier van inschrij
ving, zijn verkrijgbaar bij de kantoren van inschrijving.
BREDA, 27 Juni 1893.
Burgemeester en Wethouders van Breda:
Ed. GULJE, burgemeester.
A. R. VERMEULEN, secretaris.
De uitslag der inschrijving was als volgt
Te Amsterdam, te Breda en te 's-Gravenhage werd ingeschreven, als-:
te Amsterdam ad 605,000
Breda 21,000
en s-Gravenhage 10,000
Samen 636,000
Hiervan werden aan de hoogste inschrijvers toegewezen
50,000 993/,, pet.
10,000 a 995/)0
250,000 a 99,25m
190,000 a 99'/i
500,000