152
Transport 30.
Aan kosten voor 't incasseeren der renten op het
grootboek4.90
Voor aankoop van 2 schuldbekentenisssen ten laste
der gemeente Bredaieder groot ƒ500.en rentende
3 Vlo tegen 98°/0i mefc verschenen renten en kosten. 984.74
Voor idem van 3 dierzelfde schuldbekentenissen
tegen 993/4°/0, met renten en kosten1515.74
Het achtervolgelijk belegde en op 14 Febr. 1894
in de Spaarbank aanwezige kapitaal van1G61.355
Totaal der uitgaven. ƒ7124.655
Het pensioenfonds bezit de volgende kapitalen:
1°. Genoemd kapitaal van ƒ1661.355 in de Spaarbank aanwezig
rentende 3 °/0welk kapitaal in 1894 zal worden belegd,
zoo mogelijk door aankoop van schuldbekentenissen ten
laste der gemeente Breda.
2°. 34 schuldbekentenissen ten laste dezer gemeente, ieder groot
ƒ1000, rentende 3'/j°/o;
3°. 24 schuldbekentenissen idem, ieder groot ƒ500, tegen ge
lijke rente;
4°. eene inschrijving op het Grootboek der Ned. Werk. Schuld,
a ƒ2000, rentende 3'/, °/0;
5°. eene dito van ƒ2500, rentende 2'/, °/0.
Evenals vorige jaren kan de toestand van het pensioenfonds
weder gunstig genoemd worden.
De heer H. C. Schauikes, gewezen gemeente-ontvanger, den
1. Mei 1892 in het genot van een jaarlijksch pensioen van ƒ1120
gesteld, overleed den 16. December 1893.
In 1893 werden de volgende pensioenen verleend:
aan J. Freijsen, als pandbewaarder bij de Bank van Leening,
een pensioen van ƒ180.50 'sjaars, met ingang van 1 Februari,
en aan J. C, Fransen, als hoofd-agent van politie, met ingang
van 1 April, een pensioen van ƒ229 'sjaars.
De ontvangsten aan afloopende korting bedroegen in 1892
ƒ2354 221/! tegen ƒ2664.64 in 1893, en aan doorloopende korting
ƒ629.88 tegen ƒ548.485 in 1893.
Aan het bepaalde bij de laatste zinsnede van art. 32 der ver
ordening, dat alléén de renten, niet het kapitaal, mogen gebezigd
worden tot bestrijding der uitgaven, werd voldaan.