176
Den meesterknecht J. Klaaijsen bleef de aflevering der mest
stoffen toevertrouwd, terwijl hij tevens belast was met de verzor
ging der paarden.
Het aantal arbeiders was gelijk aan dat van het laatste gedeelte
van het dienstjaar 1892, nl. 39 werk- en voerlieden en 1 machinist
tot het bedienen der machine voor het pneumatisch ruimen van
beerputten. Het aantal paarden bedroeg 9.
B. Inrichting.
Met het onder letter A genoemde personeel en paarden is
voldoende in den dienst voorzien geworden.
C. Materieel.
i
Het onderhoud van de in gebruik zijnde privaat-tonnen zal
steeds eene kostbare zaak blijven. In het afgeloopen dienstjaar
is daarvoor uitgegeven een bedrag van f 450.62'/j.
Door de voortdurende aanbouwing van woningenhet opruimen
van mestkuilen in de GampelstratenSluisstraat, Leuvenaarstraat
enz. enz., werden in den loop van het jaar 171 privaat-tonnen
bijgeplaatst.
In de aanvraag naar genommerde tonnen werd geregeld voorzien.
Thans zijn van die soort in 307 woningen 425 geplaatst. Daarvoor
werd aan retributie ontvangen een bedrag van ƒ412.50, welk
bedrag als ontvangst in de rubriek „diversen" wordt verantwoord.
De aanvraag naar het plaatsen van tonnen had ten gevolge
dat er 150 nieuwe tonnen zijn aangeschaft geworden, hetwelk
eene uitgaaf vorderde van 300. Dit bedrag behoort bij de
kosten van aanleg, en komt mitsdien voor op de uitgaaf van de
gemeente-begrooting, hoofdstuk III, afd. 6.
Eene nieuwe stulpkar, tot welker aanschaffing wegens de
invoering der 8st9 tonnenwijk in October 1892 werd besloten, is
in de maand Augustus 1893 in dienst gesteld. De uitgaaf voor
die kar ten bedrage van f 155.werd mede op de kosten voor
aanleg gebracht.
Een stulpkar en een handkar werden, met uitzondering van
de wielen en de assen, geheel vernieuwd. Daarvoor is uitgegeven
eene som van ƒ72.75.