49Ó Van deze zijn er 80 bij het gemeentebestuur aangegeven, van welke 14 met doodelijken afloop. 48 pokkenlijders zijn in de barak voor besmettelijke ziekten verpleegd, namelijk: 23 van het mannelijk, 25 van het vrouwelijk geslacht. Van deze zijn 42 hersteld (21 van het mann.21 van het vrouwel. geslacht) en 6 overleden (2 van het mann., 4 van het vrouwel. geslacht). Een kind van het vrouwelijk geslacht, lijdende aan febris typhoïdea, is mede aldaar verpleegd en hersteld ontslagen. Ook deden zich in onze gemeente verscheidene gevallen van mazelen voor, welke echter een goedaardig karakter hadden. 32 gevallen werden hiervan aangegeven, welke allen genazen. Hierbij moet echter worden aangemerkt, dat het getal aangegeven ziektegevallen verre beneden het getal aangetasten moet worden beschouwd. Eensdeels omdat bij vele gevallen van lichten aard geene geneeskundige hulp werd ingeroepen en uit vrees voor de plakkatengeen aangifte werd gedaanen ten anderewanneer er zich in eene woning een ziektegeval voordeed, waardoor het huis als besmet werd verklaard, van meer bijkomende gevallen in diezelfde woning niet altijd aan het gemeentebestuur werd kennis gegeven. Ook werden 2 lijders aan roodvonk lijdende aangegevenwelke beiden hersteldenalsook 3 gevallen van febris typhoïdea waarvan 1 met letalen afloop. Tijdens het heerschen dier ziekten werden de lijders, voor zooverre zij daartoe waren over te halen, in de barak voor be smettelijke ziekten behandeld en door de eerw. liefdezusters uit het Gasthuis met de meest liefderijke zorg verpleegd; verder werden alle maatregelen tegen de verspreiding der ziekte genomende met de zieken in aanraking geweest zijnde goederen verbrand, woningen en personen naar de wettelijke voorschriften gedesinfecteerd. Aangezien de cholera asiatica in verscheidene aangrenzende landen heerschte en ook ons land niet spaarde, daar er zich te RotterdamLeerdamHansiceert reeds gevallen met doodelijken afloop hadden voorgedaan, zoo achtte de gezondheids-commissie het haren plicht alle voorzorgsmaatregelen te nemen, ten einde dien gevreesden vijand uit onze gemeente verwijderd te houden. Daar de ervaring geleerd had dat de choleia-smetstof

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1893 | | pagina 215